Stadsdichter 2007-2008 en 2010-2011

Michel Martinus

Eerste stadsdichter van 2007 en 2008 en in 2010 en 2011

Pseudoniem van Jozef Michel Martinus Brummans, (1948-2021).
Joz is in Venlo geboren en woonde sinds 1974 in Harderwijk. In 2007 en 2008 was hij de eerste stadsdichter van Harderwijk.

Stadsgedichten van Michel Martinus

Minnezang

er trekt een stilte door de stad
door merg en been gaat oorverdovend zwijgen
de mensen lopen in zichzelf gekeerd
zo nu en dan regeert de stad over hen 

jonge stemmen klimmen op daken
het uitgaansleven onder lichtreclames
knippert aan en uit
zij bestaan in de blinde
vlek van het verhaal
en vormen het gezamenlijke
geweten
waarin helden en poëten
opstaan om het geschreven
woord tot enige geluid in
de stad te verheffen
nachtbrakers & stadsomroepers
voorop 

zie dan de tomeloze schatgravers al dat
historische wat bewaard is gebleven
met bijna anatomische precisie vol respect
ontleden om eeuwenlang toegedekt zwijgen
zichtbaar luid te laten spreken en steeds
zachter de stiltes te verbreken die
werkelijk harderwijk onthullen tot gedichten
waaruit lyrische stadspoëzie lekt 

woorden fladderen als speelse vogels
spades worden opgeborgen
letters dekken de aarde toe met poëzie
het is altijd welterusten en weer opstaan 

dichters uit het geslacht der oude
troubadours dragen handen vol feesten aan en
spinnen zinnen tussen heden en verleden 

minnezang na minnezang na minnezang 

 

Michel Martinus en Jos Kunne, Geert Zomer

Gedichtendag 27 januari 2011 – bij de overdracht van het stadsdichterschap

Stad in de steigers

Harderwijk is niet aan
de economische crisis ontsnapt,
wel gepimpt en verder opgeknapt.
Wat aan de reken- en tekentafel
werd ontworpen, is in korte tijd
ontsloten rond het centrum.
Waar de steigers, als bypasses,
zijn weggehaald, klopt nu
een groter woonhart.
Dagelijks stromen er meer
oude en nieuwe Harderwijkers,
de stad in en uit.

Terwijl de hoogbouw zich als een
moderne stadsmuur rond het centrum
slingert, om gestapeld in te wonen en
ver te zien, komt men inmiddels
in veel nieuwe namen al thuis. 

De stad gooit ook in 2011 nieuwe vensters
op haar toekomst open, maar doet die uit
het verleden niet achter zich dicht, er is
nog te veel buiten zicht.

 

31 december 2010 – Dit gedicht is niet meer officieel als stadsgedicht aangemerkt.

De benedenstad

Het was voor Harderwijk een jaar rijk aan
ondergaatse vondsten,de stad onder de stad, die
weer meer van haar oude zwijgen verbrak en
met stukjes en beetjes tot nieuwe inzichten en verhalen leidde.

Vandaag wordt de oude zandloper omgekeerd en
loopt de tijd terug in zijn historie, dan
verschijnen op de grondradar de oude inwoners,
weer aan hun poorten en roepen wij hen toe:
‘’Hoort, hoort, zegt het voort, wij vonden juist
weer iets van jullie Luttekepoort.’
En er is de opgraving van een nieuw verhaal,
met veel oud kabaal over de dwangburcht
Blokhuis, waartegen de bevolking
gewapenderhand te hoop liep, om het geschil
met de overheid tot een bouwstop en de afbraak,
te beslechten. Dat was volgens de analen rond 1580.

Men duikt en kruipt hier elke keer opnieuw
een tijdskier in, almaar dieper de Benedenstad
in. Een vondst wordt afgestoft,opgemeten en
vastgelegd, daarna weer dichtgegooid,
weggemoffeld voor ramptoeristen met handjes.

Wij blijven ook in de toekomst onder de stad,
almaar verder naar ons verleden speuren.

 

31 december 2010 – Dit gedicht is officieel als laatste stadsgedicht aangemerkt.

Weer in balans

Misschien kent de wandelaar op weg naar
zijn sport- of dance-event nog die vorige,
op elkaar staande jonge atleten,
hoog afstekend tegen de Harderwijker lucht
bij de Sypel en Estrado
Daar stond tussen al het goede en kwade
het tijdloos speelse beeld van Kees Verkade,
dat op kwade nacht, door kortzichtig dieventuig
voor die paar ons brons
van zijn sokkel werd getrokken,
terwijl een lange koprol hen misschien
wel in veiligheid had kunnen brengen
Maar het werk werd waarschijnlijk al vroeg
verwoest, versleept en verkwanseld 

Verkade’s kinderen verkracht en vermoord.
Wat met de stad zo in evenwicht was,
werd uit balans gebracht,
verdween langere tijd uit zicht,
maar niet uit het hart,
want nu is het terug
en komen ook de wandelaar
en de bezoeker weer in balans met elkaar
Zij kunnen het vertrouwde, bronzen beeld
nu groeten op hun pad
van en naar het grote huis in de stad.

 

15 oktober 2010 – Het beeld ‘In Balans’ van Kees Verkade stond sedert 1972 tussen sportpark de Sypel en Jongerecentrum Estrado, tot het in 2008 van zijn sokkel aldaar verdween, onder bezieling van het Verkade comité, werd er een nieuw exemplaar van dit beeld voor de stad gemaakt door de kunstenaar.

De intocht van de Sint

Het hart van de stad klopt in
cadeauverpakking bij de aankomst
van de Pakjesboot 12.
Heel Nederland kijkt en zingt mee,
als Sint-Nicolaas voet aan wal
zet te Harderwijk. Wie de stad aandoet,
ontmoet in de kinderogen
het glanzende van grote dromen en
een beetje vage angst,
als ze op de zolder van ’t Klooster,
samen met de Pietermannen, tussen
het pak- en plakpapier duiken,
om cadeautjes in te pakken.
En daar deel te nemen aan
een avontuurlijke en
geheimzinnige zoektocht,
naar de verborgen kamer van de Sint. 

Samen door de feestelijk versierde
straten naar het stadsmuseum
zwieren om door volle zalen
te dwalen en te kijken naar
de presentjes, die de goedheiligman
voor zijn verjaardagen van
de kinderen kreeg.

Niet eerder liep men in Harderwijk
zo massaal te kijk bij
een intocht van de Sint.

 

12 November 2010 – Bij de landelijke Intocht in Harderwijk worden de televisieopnames in Harderwijk gemaakt

HK13

Dagelijks vaart op kanaal 13,
de ‘Kijk op Hierden & Harderwijk’,
om tussen Wolderwijd en
Hierdense beek, aan de oevers van
de bebouwing te vissen naar
beelden uit het oude en
nieuwe leven, dat de kijker met
een lach of traan,
als een hedendaags,
haast historisch overzicht,
meebeleeft.

Hier staat men even stil,
bij het doen en laten van
bewoners en bezoekers;
activiteiten en gebeurtenissen,
welke later deel
uitmaken van
de lokale geschiedenis.

Alsof men stad of dorp
ook daadwerkelijk
in – en uitgaat, zo rijk is
de kijk op
Hierden & Harderwijk.

 

29 oktober 2010 – Bij de opening van de lokale TVzender HK-13

De Hongerlopers

In de Hongerwinter van 44/45 trokken duizenden langs ‘s Herenwegen op zoek naar voedsel.
Die ene lange winter, waarin de bevrijding al gloorde, zocht men in vele richtingen,
uit pure nood naar brood voor de dag en
naar warmte voor de nacht.

Met steenkoude, spierwitte hand,waarmee men zijn diepste bede bad en waaruit alleen de Dood zwijgend mee at, werd om erbarmen en om een bord warme bouillon gevraagd,aan de poorten van de Harderwijker soepfabriek.

En hier werd allen opengedaan door
‘een Christen, zoals Jezus die
bedoeld moet hebben.’

 

4 augustus 2010 – Aan de Verkeersweg, waar nu het Dichterskwartier ligt,was sedert 1938 de bouillonfabriek Fino, later de California soepfabriek, gevestigd. directeur Holtrust, die in de oorlog voor hongerlopers ruim vijftienhonderd liter soep per dag makte, had ook werknemers in dienst voor de voedselvoorziening met officiële papieren van de bezetter hij onttrok ze zo aan de Arbeitseinsatz in Duistland.

 

The Hungry Walkers”
In the winter of 1944 / 1945 thousands of people trudged the Lord’s
roads in search of food.
During that long winter, when liberation was already close by, people
were searching in many ways for food for the day and warmth for the
night. With cold white hands, hands from which only Death silently ate along,
he prayed. He prayed for mercy and a cup of warm clear soup, at the
gates of the soup factory in Harderwijk.
It was only here that the gates were opened for all, by a Christian, the
way Jesus must have meant him to be.

Vertaling Petra Dijkstra

Tante Post uit beeld

Nog niet beduimeld en zonder ezelsoren,
wat vergeeld met inplakhoekjes,
is er een verleden over de post heen gelegd,
waarvan ik niet alles meer weet.
Was het begin vorige eeuw of is
het al later, als dit automobiel door de Donkerstraat kucht en puft om deze kaart naar vandaag te posten? Als ik deze oude ansichtkaart omdraai, zijn de postzegels van een cent, net als het postkantoor verdwenen.
Ik schuif heen weer met de tijd en ga
naast de oude tante Post zitten met mijn
mandje vol onbestelde vragen.
Waarom werden en worden we ze allemaal kwijt?
Het PTT-gebouw aan de Waltorenstraat dicht,
het postkantoor hierboven in de Donkerstraat gesloopt,
dat aan de Johanitterlaan nog maar mondjesmaat open en nu verdwijnt dat aan de Vuldersbrink ook.
Is geen van deze postkantoren dan bestand,
tegen de tijdsgeest geweest?
Alles moet geautomatiseerd, goedkoper, Kleinschaliger en sneller. Zoals de postzegel, het bezorgen en verzenden van pakket, brief en kaart via het scherm wordt geregeld. Wij gaan het nog missen, tussen nu en morgen verliezen we weer iets aan het goede vroeger.

Zijn er nieuwe ideeën geboren, of krijgen winkels gewoon weer een postagentschap aan huis? De geschiedenis herhaalt zich,
want in het vervolg daarop krijgen we
vast weer… Postkantoren!

 

15 juni 2010 – Bij de sluiting van een der laatste postkantoren in de stad, aan de Vuldersbrink

De N302 is Klaar over!

Het wachten, fileschuiven en verkeerd staan en gaan, is voorbij en heeft zich geloond, want nu kan iedereen veilig oversteken,
af- of inslaan, richting Gewenst: Harderwijk langs, in of uit.
Ook Elders, is nu flits flits snel te doen.

Het abracadabra voor velen van de eerste uitleg,
vertroebelde een goed zicht op de bedoelingen,
maar nu past respect en bewondering voor planners en bouwers,
bloemen voor al die doordouwers!

De oude Veluwse weg, die van de paarse heide naar de Flevolandse groene weide meanderde, is gerecht.
Over de waterkragen heen.
Geen straatlengte verwijderd, van de gulden middenweg.

Het eerste verkeersbord,voor de toekomst,
naar het Waterfront staat er ook al.
Harderwijk is vandaag opgeschoten en schiet en passant al een stukje door.

Onze weg is Klaar – over!

 

Op zaterdag 5 juni 2010 – de Dag van de Bouw – vieren de provincie Gelderland, de gemeente Harderwijk en Heijmans Infra de ingebruikname van de nieuwe N302 door minister Camiel Ehrlings. De N302 is de langste N-weg van Nederland 94 km lang, van Kootwijk naar Hoorn, van A1 naar A7

Het vissersvrouwtje

Door weer en wind getekend is ze opnieuw gehard tegen de tand des tijds. Ze
staat er weer als vanouds bij,een ferme en fiere vissersvrouw, die vertelt verder
over mannen en vrouwen, voor wie het leven om vier beginselen draaide:
het gezin, de kerk, de botter en de Zuiderzee, waarop de mannen en hun zonen
voeren.
De thuisblijvende vrouwen met hun kroost altijd in
afwachting van de terugkeer van de vloot,
met die specifieke ene boot.

‘Wachtend en biddend aan de Kiekmure tot de kim dat laatste zeil ook zou loslaten’

Benieuwd ook naar het resultaat van de
zaterdagse visafslag, of de vangst wel genoeg zou opleveren voor het leven van
de komende week.

Het beeld op deze plek van de oude visafslag,
ziet over de haven uit, in de richting van
het oude zeegat en zij blijft altijd zien wie
gaat en wie komt.
Zij herdenkt in stilte het oude
leed en verlies, kent nog alle namen,
van hen die op zee zijn gebleven,
zal die voor altijd weten hier op
het Bargje aan de haven.

Uit voorbije verte is
hier een verte van
verhalen ontstaan.

 

28 april 2010

Terugblik

Twee jaar lang heb ik de geschiedenis van
onze stad afgesloft, bekende en minder
bekende stadgenoten in de tijd geplaatst,
hen in ons heden rondgewandeld en
gewezen op wat was en wat wordt.
Ik heb geprobeerd de stad en haar inwoners
te beschrijven en tot leven te brengen.
In en buiten de stad heb ik haar naam
ook in vreemde handpalmen en
monden gelegd.

Vandaag leg ik mijn pen voldaan,
maar met een vleugje weemoed
in de hand van mijn opvolger en
nodig u allen alweer,
tot verhalen van morgen uit.

 

3 januari 2009 – na twee jaar stadsdichterschap draagt Michel Martinus zijn functie over aan zijn opvolger Jos Kunne

De rode loper

De stad legt de rode loper uit voor
inwoner en gast.
Het lange winkellint nodigt uit tot
gezien en bekeken worden,
tot schrijden en dagdromen in
feestelijk licht.

Harderwijk wandelt voor een keer
door een eigen sprookje,
alle wegen komen, hoe dan ook,
op de IJsbaan uit, waar jong en oud
rondzwiert, de stad zijn
wintertijd viert.

De lengte van de loper wordt geteld,
de afstand officieel vermeld in het
groot Recordboek.

 

20 December 2008 – Harderwijk legt een rode loper van elfhonderd meter uit voor een plek in het Guinessbook of Records; tekort naar later bleek

De droom van Rimbaud

Hij liet anarchie & rebellie
los op het poëtisch alfabet,
waarin kleuren letters,
letters kleuren werden.
In een dronken bak vol kwaad bloed,
sprak hij al vroeg met vurige tongen
en verhitte geest, kraste met zijn pen
gedoopt in vuur en azijn, zwart door licht,
op het perkament van de dag.
In zijn landlopercahier legde hij
geschooide uren vast, spoog
scheldwoorden, als graffiti op
witte muren.

Een puber in opstand,
vol verborgen gedachtegoed,
in een volwassen dichtersgemoed,
zoekend naar de bron
van een visionair en magisch
symbolisme waarin hij
ontbotten kon.

Van Charleville-Mezières
naar Harderwijk en van hier
– voor slechts korte tijd –
naar ons koloniaal Indisch rijk.
Ontdicht terug via Parijs en
als avonturier verder op reis door
Europa en Afrika, om tenslotte
in Marseille te sterven,
buiten het geweten van de reeds
ontsnapte geest en zijn onvergeten
naam, in het mystieke schip van
zijn poëzie.

 

7 november 2008 – ter gelegenheid van het Arthur Rimbaud Festival van 7 tot en met 9 november 2008

Woordgoochelaars

De standwerker, een woordgoochelaar, is een artiest,
die als gangmaker op markt en beurs fungeert.
Daar brengt hij zijn waren aan de man, door
vlotte praatjes en levendige presentaties.

Met luide stem tracht hij of zij prijzen,
tussen bod en aanbod, stuk te slaan.
De ware kampioen jongleert handig,
ook in het Gelders landschap,met veel gebruik
van klankkleur,woordkeuze en grote
overredingskracht.

Tenslotte kiest de toehoorder,
overtuigd van kwaliteit en prijs,
want op dit product heeft hij
blijkbaar altijd al gewacht.

 

5 september 2008

Samen Kleurrijk

Als een lapjesstad heb je de tijd
laten grazen achter façades,
op binnenpleintjes en in
achterafstraatjes.
Schepen liet je verse adem
slepen uit verre windstreken.
Leven draait hier ook nu
binnen en buiten je muren om
het verleden van water en vis.

Stad, waarin tussen land en zee,
tussen kerk en moskee
grenzen zijn vervaagd en
het historisch besef samen
gaat met het toekomstperspectief.
De oude deling tussen Harderwiekers en 
Harderwijkers verdwijnt langzaam uit
je jargon.

De nadruk ligt nu op het samen kleurrijk
zijn in doen en laten, met respect voor
het specifieke en het gemeenzame,
onder de kleuren van je vlag.

 

23 augustus 2008 – ter gelegenheid van de manifestatie Samen Kleurrijk 2008 waaraan veel culturele organisaties en instellingen deelnamen

777 jaar stadsrechten

Toen in 1231 Graaf Otto II van Gelre
het gesigneerde perkament legde op de telre
van Herderewich, werd de gemeenschap van
boeren en buitenlui ommuurd en kreeg als stad
poorten naar alle windstreken en de zee.
In het centrum telde een stadsomroeper
de glazen en met het uur meldde hij ook
het laatste nieuws.

Al vroeg sloot de stad zich aan
bij de Hanzebond en dreef handel
over de grenzen van het graafschap heen.
Die handel werd samen met de visserij de spil
waarop de stad de toekomst indreef.

Wat 777 jaar geleden begon,
is doorgegroeid tot een parel aan
de keten van historische
steden rond de oude zee.

23 juli 2008 – ter gelegenheid van 777 jaar stadsrechten

De Vissershuisjes

Toen het vissersleven rond
de voormalige Zuiderzee
grotendeels voorbij was,
draaide ook Eibert,
zich om in woede.
De restanten van armoede
uit het verleden werden
geschrapt en afgebroken.
De open wonde in de stad
werd veelal dichtgeplakt,
met plonsbouw. Tot men inzag
dat wat straks weg is,
er ook morgen niet meer
zal zijn.

Laatste vissershuisjes werden
– zoals hier van de Vuldersbrink –
naar Enkhuizen versleept en
daar neergezet.
Het verleden krijgt er
de geur en kleur van toen
mee terug.
Oude maten geven opnieuw
stem aan wind en zee,
verhalen krijgen weer
een thuis.

 

2 juli 2008 – tijdens de Zoutmantocht vanuit Enkhuizen langs de oude Zuiderzeehavens

Lodewijk de Goede

Overal verscheen hij als eerste,
op pijnplaatsen in het land,
waar hij een voorbeeld was voor
hulpverlener en bestuurder.
Hij werd ‘Lodewijk de Goede’ en
‘Vader der Ongelukkigen’,
genoemd.

Maar verstoken van de warme
omarming thuis, beet zich hier
het vochtige en kille klimaat vast in
bot en ledemaat, waren zijn steigerend
Franse accent – ondanks de lessen van
Hofpoëet Bilderdijk –
met de prangende eenzaamheid,
debet aan zijn koninklijk isolement,

Deze vorst roerde zich slechts kort in
de vaderlandse historie,maar hij liet
sporen na, ook in Harderwijk.

 

28 juni 2008 – bij de herdenking van het bezoek in 1808 van Lodewijk Napoleon aan Harderwijk; Lodewijk Napoleon werd door zijn broer Napoleon Bonaparte benoemd tot koning van Holland (1806-1810) 

De Hanzetijd

Vanaf de Middeleeuwen trekken
handelaren en artiesten gezamenlijk,
door de steden van ons bestaan.
Langs oude en vergeten
handelswegen, hebben zij
sporen nagelaten. Op waterwegen,
als Wolderwijd en Jeetze,
schreef de Kogge, het Hanze-icoon,
geschiedenis in Harderwijk & Salzwedel.
Hier waar wij elkaar begroeten,
staat dit schip als zinnebeeld voor
onze nieuwe vriendschap.

Die Hanse Zeit

Von den Mittelaltern her ziehen
die Kaufleute und Künstler gemeinsam,
durch die Städte unserer Gegenwart.
Entlang alter und vergessener
Handelstrassen haben sie,
Spuren hinterlassen. Auf den Wasserwegen,
wie Wolderwijd und Jeetze
schrieb die Kogge, das Hanse Ikon,
Geschichte in Harderwijk & Salzwedel.
Hier wo wir uns begrüßen
steht dieses Schiff als Sinnbild für
unsere neue Freundschaft. 

juni 2008 – dit gedicht is door burgemeester Berends van Harderwijk geschonken aan de Duitse Hanzestad Salzwedel tijdens de Internationale Hanzedagen 2008

Vergeten helden

Als de stenen klok slaat,
gedenken wij in stilte en gebeden,
hangen jaarringen aan
het slingerwerk van ons gemoed.

Jonge stemmen hebben de stad verlaten,
door oud geweld
weggeslagen en geveld,
zij kwamen niet meer los van hun namen,
toen nog genoemd, maar nu
meer en meer verzwegen.
Zij worden vandaag
nooit meer gehoord,
nooit meer genoemd
Slechts eens per jaar,
wordt de tijd herdacht,
met bloemen,
belegen woorden of
een oud gedicht,
maar geen namen meer, van hen,
die ooit hun leven lieten voor
de vrijheid van toen én nu.
Vergeten helden

 

23 mei 2008 – bij de herplaatsing van het gerestaureerde monument voor de oorlogsslachtoffers

Het laatste zeil

Wie kent ze nog,
de veertig namen uit het vertelraam?
Nu na twee eeuwen de tijdvensters
zijn gesloten, zoals de oude zee,
die achter de dijk verdween,
en vissers, niet thuis gekomen.
Verdronken namen ooit beweend,
zijn ongehoord gebleven.
– een tijdpassage –
Toen uit ongekende verte,
de wind was gaan liggen,
de stilte groeide tot
in het diepste bot van
de Kiekmure, waar
vrouwen met hun kroost,
bleven bidden en wachten;
hopen dat de kim,
dat laatste zeil ook zou loslaten.

Vandaag lees ik hun namen,
strooi de as van alle letters uit over
wat niet geweten is;
van mannen en knapen,
kinderen nog,
die eerst nu weerkeren om
hier nog eenmaal,
de ruggen te rechten in
het brons voor
de eeuwigheid.

 

13 mei 2008 – bij de onthulling van het herinneringsmonument voor de verdronken vissers

De Poorten

De stenen poorten van het licht,
gestapeld en gemetseld in
de groene wand van toen.
Hier sluit het bos wegen en paden naar
het oude huis van de discipline en
het toegepaste geweld,
voorbije soldaten staan
nog in het veld.

Bakstenen vingers wijzen als
bakens voor de wind naar
een dode zee en
het uitgespannen blauw boven
de stad.

Voorbij deze doorloop begint
de volle smaak van elke dag.

 

15 april 2008 – De Poorten is een ontwerp van Gabriel Lester en Freek Wambacq; bij de overdracht aan de gemeente na de 56ste finale Nationale Metsel- en Voegwedstrijd 2008 in Harderwijk.

Decemberstad

Middenin het feestgedruis op de markt
klunen winterkinderen zich warm,
op een schaatsbaan,
voor het oude raadhuis.

In de dagen tussen de cadeauheiligen,
worden hier de rondjes op ijzers,
 – tussen pepernoot en kerststaaf –
als groots en gaaf,
onder confetti en vuurwerk geschaatst

De ijsbaan is een warm
rondje kinderpret in het
feeërieke winterhart
van de stad.

 

7 december 2007 – ter gelegenheid van de opening van de ijsbaan in de binnenstad

Stedenbandring

Toen we elkaar voor het eerst ontmoetten,
zochten we de overeenkomsten. En vertelden die,
we zagen vooral de verschillen, maar spraken niet.
Nu komen we juist die bij elkaar bezien en
even lenen als verre en goede buur.

Als schaduwstad, overkantbuur,
van de oude Muur,
met een vergelijkbare structuur,
binnen vrije grenzen,
kwamen wij jou
– na de Praagse Lente –
tegen in de oude Bosatlas.

Niemand herschuift de geschiedenis,
alleen een kinderhand vouwt ons terug
tot sprookjesland, waar doorheen
vriendschappen ontstaan,
met vergezichten als groeten,
van het ene naar het andere land.
Overal wordt de taalbarrière al geslecht.
Begrip groeit uit wederzijdse ontmoetingen,
door de opgestoken hand,
de lach en die ene oogopslag.
Tot muziek klinkt van stad tot stad,
tussen Znojmo en Harderwijk,
tussen jou en mij.

En vandaag de bezegeling van
ons stedenband verbond
met deze ring.
Van tweeling tot oneindige meerling:
Znojmo-Harderwijk-Znojmo-Harderwijk

 

november 2007 – ter gelegenheid Partnerschap met het Tsjechische Zsnojmo

Afgemeerd

De boot van heimwee vertrok leeg terug
naar zijn vaderland.
Hoe vaak stond hij hier en staarde over
het water, voorbij de wolken en
de woeste baren, naar:
de geheime geliefde, zijn familie en
het vertrouwde land.

In de oude Hanzestad had hij
afgemeerd met: koffers vol papier;
de Ordening van plant en dier en
zijn klein herbarium.
De stad trad uit zijn sluimerslaap,
brak met de tradities thuis.
Hier kon de triomf beginnen.

 

11 juni 2007 – Zweedse week in Harderwijk ter gelegenheid van 300ste geboortedag van Linneaus

Het Dichterskwartier

Via een poëtisch patroon wandelt
de oude schrijversclan vanuit
Stadsdennen en de Poëzieroute
in de binnenstad naar buiten,
de wijken weer in.
Straatnamen als: Kloos,Van Eeden,
Perk en Verweij, sluiten naadloos
aan bij Beets, Multatuli en
Van Deijssel.

Nu voeren Vestdijk en Nijhoff,
de bezoeker al binnen in een nieuw,
gezamenlijk kwartier.
Hier waar huis en bewoner,
woon- en leefgenot verpakken,
in woord en beeld,
komen light verse en sonnet
– los van regel en dwang –
vanzelf weer in zwang.

En zo wordt de Harderwijker,
met het dichterskwartier,
ook weer nieuwe vensters,
op zijn stad rijker.

5 oktober 2007 – ter gelegenheid van de oplevering van woonwijk Dichterskwartier op de plaats van de voormalige California-soepfabriek.

Visserijdagen

Gereed om uit te varen,
wacht een lang lint op wind.
Hoog tegen het wolkendek,
rijgt de bruine vloot van
botters en schokkers
zijn zeilen aaneen.
Als het startschot klinkt, ankers gelicht,
jaagt applaus hen door de horizon,
naar het visrijke water van
de oude Zuiderzee.
Waar ooit de vangst begon,
bakenen nu boeien de grens af tussen
lucht en water, tussen dijk en Wolderwijd,
tussen vroeger en later.

Als het keerpunt is bereikt,
wacht straks een groots
onthaal, want op de Visserijdagen
treedt de stad traditioneel
met groot vaan en wimpel aan.

 

augustus 2007

Het papieren theaterfestival

De nacht kruipt langs de muren
het donker duurt nog heel erg lang
iedereen is wel eens eenzaam
iedereen is wel eens bang

iedereen kan zo nu en dan verdrietig zijn
maar als je huis van breekbaar glas is
en de dekens van je bed totaal niet warm
dan mis je een paar armen om je heen

als jij onzichtbaar lijkt voor mensen
een hand die haastig door je heen grijpt
een stem die door merg en been snijdt
wie ziet je dan nog staan?

gelukkig is er dan het maatje
iemand die luistert naar jouw woorden
met je meedenkt
en zegt:

laten wij samen die weg op gaan

 

27 januari 2011

Een maatje voor Harderwijker jongeren
In januari 2011 is de Algemene Hulpdienst Harderwijk gestart met het maatjesproject voor jongeren van 8 tot en met 18 jaar.

Terug in de stad

Rond de Vischmarkt bloeien
kleine smoezeltheaters,waar
de bezoeker, op elfenbankjes,
plaatsneemt in een
papieren droomwereld.

Hier in Harderwijker huiskamers
wordt door jong en oud,
elk internationaal verhaal tussen,
‘Er was eens’ en ‘Zij leefden
nog lang en gelukkig’,
met een lach en een traan
meegespeeld.

 

mei 2007 – in Harderwijk vindt tweejaarlijks een internationaal papieren theaterfestival plaats in huiskamers rond de Vischmarkt

Dichter bij de stad

Op dit pad van stenen woorden 

door de stad, blader je
Apollo’s metaforen door om
in gedichten te wonen, en
verloren schoonheid in
de weerspiegeling van
ruiten te klonen.

Je zo door de muze reppen
over het Veluwse land,
naar het meer dat
zee was om Eibert’s
ziel te doorzien.
Reis mee vanaf de laatste ree
waar ooit Rimbaud vertrok
of neem plaats op het
Leugenbankje aan de haven.
en kijk met vissersvrouw en kind,
voor eeuwig in rouw versteend,
naar voorbije verten.

Sta even stil bij
oude pijnen en verdriet
of treed met een glimlach
over de fantasie heen,
de wereld van eigen
verbeelding binnen,
en kom dichter
bij het historisch geweten
van je stad.

 

25 januari 2007 – bij de opening van de poëzieroute in de binnenstad

Waterstad

Als straks de stad weer
het water rondt, zich vaster bindt
aan het Waterfront en
in kalme golfslag meedeint op
het haast vergeten ruisen der baren,
komen verhalen weer tot leven,
worden vuurtoren en bastion
door hun naam in oude
glorie herenigd.

Waar een betonnen vloot langs
kaai en baai naar
zijn ankerplaats vaart,
verrijzen sculpturen uit zand en steen,
vervaagt in de periferie, van
Vischpoort en Dolfinarium,
de grens tussen
vergaan en ontstaan.

In de branding van de oude stad,
spoelt een nieuwe skyline aan;
anders belicht,
groeit Harderwijk straks uit
tot eigen gedicht.

3 januari 2007 – bij de bekendmaking van het plan tot de aanleg van het Waterfront

Veelzeggend Veelkleurig

Het centrum kleurt overal,
uit koude grond en oude zee,
naar buiten toe,
met de bezoeker mee,
verdwijnt nergens uit beeld,
duikt overal weer,
uit zijn verleden op,
vanachter wanden,
muren en façades.

Hier blijft alles,
waaraan Harderwijk,
rijk is,
veelzeggend en veelkleurig.

 

3 januari 2007 – 3 januari 2009 en 2010

Gedicht voor de Folder Veelkleurig Harderwijk, een zoektocht naar de kenmerken van de historische binnenstad van Harderwijk, in mei 2008

Informatie over deze stadsdichter

Eerste stadsdichter van 2007 en 2008 en in 2010 en 2011

Pseudoniem van Jozef Michel Martinus Brummans, (1948-2021).
Joz is in Venlo geboren en woonde sinds 1974 in Harderwijk. In 2007 en 2008 was hij de eerste stadsdichter van Harderwijk.

Van Michel Martinus verschenen de dichtbundels ‘Ultima Thule’ (1983) en ‘Tussen Vlinder en Vuurvlieg’ (1984) beiden met tekeningen van Hein Burger, ‘Vergeten Landschap’ (1985) met de Gooise schilder Jaap de Ruig, ‘Twee bronnen in ronde huid’ (1987) met de dichter Hadu en tekeningen van Hein Burger, ’Nooit meer omzien’ (1994) met foto’s van Roeland Wels en ‘Briesend vliegt wat niet vliegen kan’ (1998) met schilderijen van Suzanne Duif.

In 2000 verscheen ‘dans maar oude stad’, een bundel gedichten waarbij Hein Burger art-graphics maakte, en in 2002 ‘Op een smalle hand van tijd’ met tekeningen van Hugo Hond. In 2004 verscheen de cd ‘Reflecties’ met gedichten bij werk van kunstenaars-collectief Assorti en in 2008 zijn tweede cd ‘MMisTik’ met de Harderwijker formatie De Tik. In 2006 publiceerde hij zijn debuutroman ‘Het Duivelskruis’ en de haikubundel ‘Haiku’ die hij schreef met de Vlaamse dichteres Iris van de Casteele.

Werk van Michel Martinus is gepubliceerd in Nederlandse, Vlaamse en Zuid-Afrikaanse kranten en diverse literaire tijdschriften en bloemlezingen. Ook zijn gedichten van hem opgenomen in de poëzieroutes van Harderwijk (twee gedichten) en de Vlaamse steden Diest, Geeraardsbergen en Vlassenbroek. In de Duitse Hanzestad Salzwedel is zijn gedicht ‘Hanse Zeit’, in een Nederlandse en Duitse versie, aangebracht op de gevel van het stadhuis. In het Stadsmuseum Harderwijk hangen twee gedichten van hem en het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen beschikt over twee ingelijste gedichten van de dichter over de Harderwijker visserij.

In 2008 is Michel Martinus benoemd tot erelid van het Zuid-Afrikaanse dichtersgenootschap De Brede Valleidichters. Ter ere van hem verscheen het boek ‘7de Reënboog’ met werk van Zuid-Afrikaanse en Nederlandse dichters. Op 30 augustus 2008 is tijdens de Visserijdag Harderwijk bij het monument voor de verdronken Harderwijker vissers, op ‘t bargje aan de Havendam, een plaquette met zijn gedicht ‘Het laatste zeil’ onthuld. In de Harderwijker Courant publiceerde hij in 2008 wekelijkse poëtische portretjes van stadsgenoten in de vorm van een gedicht. Hiervan verscheen een boekuitgave, getiteld ‘Tussen stadsjutter en stadsdichter’. Op Harderwijk FM was hij geregeld de horen met een nieuw gedicht. Bovendien publiceerde hij poëzie-columns op het weblog harderwiek.nl.

Tijdens Gedichtendag 2009 presenteerde Michel Martinus zijn gedichtenbundel ‘Die hand wat ons voed is weg…’. Deze bundel schreef hij samen met de Zuid-Afrikaanse dichter Floris Abraham Brown. Joz Brummans was voorzitter van de literaire culturele kring Apollo Harderwijk. In 1994 ontving hij de culturele Kulting Harderwijk Prijs en begin 2009 de erespeld van de gemeente Harderwijk.

Speciale gelegenheid

Een stadsdichter uitnodigen?