Ereveld

Een sober veld met zerken, symmetrisch in patroon
Nauwelijks versierd, een vlag, een naam, een jaar
Een Belgisch legioen, achtergebleven militairen
Opgesteld in rijen, ligt men hier samen naast elkaar

Van huis en haard was men gevlucht
Vanuit Waalse heuvels en het Vlaamse vlakke land
Met weinig huisraad, kleren die men droeg
Tenslotte onderdak gevonden in het nabije Nederland

Hier in de vreemde kreeg men een barak en schrale kost
Dat kon maar enkelen bekoren
Totdat de Spaanse griep hun leven brak
En men tenslotte hier dat leven heeft verloren

Met stierf aan ziekte, heimwee en verdriet
Kon het uiteindelijk niet verteren
Dat het eigen vaderland wreed werd vertrapt
Door vreemde legers met kanonnen en geweren

Hun lotgenoten zijn al lang weer weggetrokken
Hebben hun land weer moeizaam opgebouwd
De loopgraven allang weer dichtgegooid
De doden zijn geborgen, er is jarenlang gerouwd

‘ t is meer dan honderd jaar geleden
De tranen zijn gedroogd, er wordt niet meer geweend
Verstomd zijn ook de laatste der gebeden
en het verdriet is ook na al die jaren wel versteend